Classical Conditioning Classroom-oefeningen
Elke student die een psychologieklas volgt, kent de principes van Ivan Pavlov's klassieke conditioneringsleermodellen. In klassieke conditionering leert een subject een gedrag via onderbewuste stimuli. Klassieke conditioneringsoefeningen in de klas versterken de lessen die worden gegeven over zowel geconditioneerde als ongeconditioneerde stimuli en hun effecten op aangeleerd gedrag.
Geconditioneerde zoemerreactie
De geconditioneerde zoemerreacties zijn een oefening die laat zien hoe snel een groep kan worden geconditioneerd om een specifieke activiteit uit te voeren. In deze oefening leest de leerkracht een alinea die bepaalde woorden vetgedrukt bevat. De leerlingen krijgen de opdracht om telkens wanneer "de" wordt gelezen op hun potloden te tikken. Bij het lezen van alle gewaagde woorden, waarvan sommige "de" zijn, wordt er op een bel getikt. Studenten worden geconditioneerd om het potlood op de bel te tikken, waardoor het aantal potloodtaps toeneemt tot alle gedurfde woorden, niet alleen het woord 'het'.
Pulse Conditioning
Koppel studenten samen. Laat een student twee minuten zitten en ontspannen. Laat na de twee minuten de ontspannen student zijn hart ophalen. Na de polswaarde tikt de partner vijf keer op een potlood op het bureau. Op dit punt moet de ontspannen student rechtstaan en 30 seconden op één been springen voordat hij de pols opnieuw neemt. Herhaal de procedure vier keer, waarbij de partner alle gegevens registreert. Op de vijfde keer dat je ontspant, tikt de partner vijf keer op het potlood en de ontspannen student neemt zijn pols zonder te springen. Kijk of de puls omhoog gaat op basis van conditionering.
-Cue Set
Terwijl een vrijwilliger aan een bureau voor de klas zit, achter de student staant, driemaal op het bureau tikt met een maatstaf en tik dan eenmaal op de student op het hoofd. Herhaal dit drie keer. Bij de laatste herhaling tik je vier keer op het bureau in plaats van op het drievoudige en op het hoofd. Een geconditioneerde respons laat zien dat de student de tik op het hoofd verwacht. De klasse zou het antwoord moeten kunnen zien.
Conditie begrijpen
De meeste oefeningen in de klas zullen werken op geconditioneerde stimuli. Dit betekent dat je een specifiek geïntroduceerde stimulus zoals de bel of maatstaf gebruikt om een reactie te verhinderen gedurende de conditioneringstijd. Een ongeconditioneerde stimulus is zoiets als het ruiken van een levensmiddel dat je ziek maakte, misschien een ongeoorloofd gevoel van misselijkheid. Er zijn ook geconditioneerde en ongeconditioneerde reacties die studenten moeten leren identificeren. Een geconditioneerde respons is het resultaat van een specifieke stimulus die wordt gebruikt om een specifieke respons aan te roepen, zoals het geven van een straf waardoor iemand zich slecht voelt. Een ongeconditioneerde is er een van vereniging. Als een student bijvoorbeeld speelde met een puppy wanneer een geconditioneerde stimulus was ingesteld om hem te laten schrikken, kan de student de pup associëren met schrikken en bang worden voor de puppy.