Startpagina » Diseases and Conditions » Het verschil tussen Dobutamine en dopamine

    Het verschil tussen Dobutamine en dopamine

    Dopamine en dobutamine zijn beide stoffen die belangrijke acties op ons lichaam hebben. Beide werken op specifieke celreceptoren en produceren significante veranderingen in die cellen. Dobutamine is een medicijn dat werkt op het sympathische zenuwstelsel. Artsen gebruiken het om hartfalen en cardiogene shock te behandelen. Dopamine is een neurotransmitter die ons lichaam produceert om signalen tussen hersencellen te verzenden. Hoewel de twee stoffen enorm verschillen, zijn beide belangrijk.

    Een arts praat met een vrouw. (Afbeelding: Alexander Raths / iStock / Getty Images)

    Medisch gebruik

    Dobutamine is een synthetische verbinding met belangrijke medische toepassingen. Artsen gebruiken het voor ernstig zieke patiënten met ernstige hartproblemen. Hoewel dopamine zelf je hartslag en bloeddruk kan verhogen, schrijven artsen het gewoonlijk voor in een precursorvorm genaamd L-Dopa, die de hersenen kan binnendringen en de ziekte van Parkinson kan behandelen.

    Natuurlijk product

    Dopamine is een natuurlijk product dat het lichaam produceert om te communiceren tussen cellen in het zenuwstelsel. Dobutamine, aan de andere kant, wordt synthetisch geproduceerd voor medisch gebruik.

    Betrokken cellen

    Dobutamine werkt op adrenerge receptoren, meestal op cellen in het hart of op bloedvaten. Het stimuleert die cellen en zorgt ervoor dat de spiercellen samentrekken. Dopamine hecht zich aan receptoren op cellen in het centrale zenuwstelsel en leidt tot de overdracht van elektrische elektrische signalen tussen die cellen.

    Eindresultaat

    Het resultaat van de werking van dobutamine op het lichaam is een toename van de werking van spiercellen in het hart en de bloedvaten. Dobutamine zorgt ervoor dat die cellen sneller en met een grotere kracht samentrekken, waardoor een hogere hartslag en bloeddruk ontstaat. De actie van Dopamine op het centrale zenuwstelsel veroorzaakt veranderingen in cognitie, motivatie, aandacht en leren.