Oefeningen voor Cubital Tunnel Syndrome
Cubital-tunnelsyndroom is het op één na meest voorkomende zenuwopvangsyndroom in het bovenlichaam volgens Hand Health Resources. Compressie van de ellepijpzenuw in de binnenkant van uw elleboog veroorzaakt pijn en gevoeligheid bij uw elleboog en gevoelloosheid en tintelingen in uw pink en ringvinger. Oefeningen voor het cubitaal-tunnelsyndroom verminderen het ongemak in deze vingers en herstellen uw grip en uw vermogen om fijne bewegingen uit te voeren.
Focus
De nervus ulnaris is verantwoordelijk voor de zeer onplezierige pijn die je voelt wanneer je je grappige bot raakt. Deze zenuw loopt door een tunnel gevormd door het opperarmbeen in je bovenarm; de flexor carpi ulnaris spier, die je pols naar voren buigt; en een ligament dat de zenuw naast je bot houdt. Door je elleboog te buigen, wordt deze tunnel smaller, waardoor de nervus ulnaris mogelijk wordt dichtgeknepen. Oefeningen voor het cubitaal-tunnelsyndroom richten zich op het versterken en strekken van spieren en het bevorderen van een goede balans tussen de houdingen.
Behandeling
Voer ulnaire zenuwglijdingsoefeningen drie keer per dag uit, volgens de American Society of Shoulder and Elbow Therapists. Er zijn drie zenuwen die kracht en sensatie aan je vingers geven, inclusief de nervus ulnaris. Deze elastische zenuwen worden langer en korter naarmate we bewegen. Trauma veroorzaakt microscopische adhesies om de zenuw te binden. Zenuwglijdende oefeningen werken om deze verklevingen te bevrijden.
Ulnar zenuwglijding
Voer het glijden van de ellepijpzenuw uit om de symptomen van het cubitale tunnelsyndroom te verminderen, zoals beschreven door de American Society of Shoulder and Elbow Therapists. Leg je armen uit de zijkanten met je polsen naar achteren getrokken alsof je het verkeer uit beide richtingen stopt. Buig je ellebogen en breng je handpalmen terug naar je oren, wijzende vingers naar je schouders. Stop wanneer je zachte spanning voelt. Herhaal tien keer.
Alternatieve oefeningen
Houd je armen naar je kanten, ellebogen recht en vingers los gekruld, maar niet met een vuist. Draai je handpalmen naar de hemel. Kantel je hoofd naar de schouder weg van je aangedane arm totdat je spanning voelt. Breng je hoofd terug naar de beginpositie en herhaal tien keer.
Voer zo vaak als nodig de vinger-adductie en abductieoefeningen uit. Spreid je vingers ver uit elkaar en breng ze dan weer samen. Herhaal tien keer.
Laat je arm uitstrekken voor je en je elleboog recht, buig je pols en krul je vingers richting je lichaam en strek ze vervolgens van je af en buig je elleboog.
overwegingen
Doe geen oefening tot het punt van pijn. Therapeuten geven normaal gesproken geen reeks bewegingsoefeningen aan, ontworpen om de mate van beweging in een bepaald gewricht te verhogen, voor de behandeling van het cubitale tunnelsyndroom. Vermijd om uw elleboog langere tijd in een gebogen positie te houden. Leg geen extra druk op uw ellepijpzenuw door op uw elleboog te steunen. Probeer je elleboog 's nachts recht te houden.