EDTA-chelatie-bijwerkingen
EDTA-chelatietherapie maakt gebruik van een verbinding genaamd ethylenediaminetetra-azijnzuur. EDTA kan zich binden aan bepaalde metalen via een proces dat chelatie wordt genoemd. Deze binding zorgt ervoor dat ze niet kunnen reageren met iets anders. Het zorgt er ook voor dat de nieren het EDTA / metaalcomplex uit het bloed verwijderen. EDTA-chelatietherapie wordt vaak gebruikt om vergiftiging door zware metalen (zoals lood of kwik) te behandelen, maar het is ook gepromoot als een manier om atherosclerose te behandelen.
Verpleegster die IV-tassen hanteert (afbeelding: photographereddie / iStock / Getty Images)Bijwerkingen
EDTA-chelatietherapie wordt doorgaans intraveneus toegediend, waarbij het geneesmiddel langzaam in het bloed wordt geïnfundeerd. De meest voorkomende bijwerking van EDTA-chelatietherapie is een brandend gevoel waarbij het medicijn wordt geïnjecteerd. Andere bijwerkingen zijn gastro-intestinale problemen, zoals misselijkheid en braken, evenals hoofdpijn. In sommige gevallen kunnen patiënten die EDTA-chelatietherapie krijgen ook een plotselinge daling van de bloedsuikerspiegel (hypoglykemie) of bloeddruk (hypotensie) ervaren. Deze omstandigheden kunnen leiden tot duizeligheid of bewusteloosheid.
Calciumproblemen
EDTA kan zich binden aan calcium en kan ervoor zorgen dat calcium uit het bloed wordt getrokken. Bijgevolg is een mogelijke bijwerking van EDTA-chelatietherapie lage calciumspiegels, ook bekend als hypocalciëmie. Calcium is erg belangrijk voor de spier- en zenuwfunctie. Plotselinge calciumdalingen kunnen daarom zowel het hart als de hersenen beïnvloeden. EDTA-behandeling kan ervoor zorgen dat calcium tot gevaarlijk lage niveaus daalt, met hartritmestoornissen en convulsies als beide organen abnormale elektrische activiteit ontwikkelen.
Nierfalen
Een ander neveneffect van EDTA-therapie is nierfalen. Dit komt omdat EDTA zich bindt aan mineralen en ervoor zorgt dat de nieren ze filteren. Tijdens het proces kan het echter de nier overwerken, wat leidt tot een aandoening die bekend staat als acute tubulaire necrose. Dit kan permanente nierbeschadiging veroorzaken en in ernstige gevallen zal de patiënt een niertransplantatie of levenslange dialyse nodig hebben.
Beenmergdepressie
EDTA-chelatietherapie kan er ook toe leiden dat het beenmerg wordt geremd of onderdrukt. Omdat het beenmerg verantwoordelijk is voor het aanmaken van bloedcellen, kan dit leiden tot een ontoereikende bloedcelproductie, wat leidt tot bloedarmoede. Dit kan vooral gevaarlijk zijn voor patiënten met bloedingsstoornissen of andere vormen van bloedarmoede.